De voorstelling - Stefan Snijders


Ik zag voor het eerst haar knieën, die amper knokig waren, haar dijen leken onopvallend over te willen gaan naar haar kuiten. Ze droeg een korte, zwartglanzende jurk, te koud al voor de vroege herfst. Zilverkleurige pumps eronder, het paste niet.
“Is er iets?” vroeg ze.
“Nee,” ik schudde overdreven mijn hoofd, “je ziet er prachtig uit” en zette een glimlach op, om mijn leugen te verhullen. Die middag had ze aan de telefoon gevraagd, of het mij uitmaakte wat ze aantrok. Ik had ‘nee’ gezegd, maar had daar nu spijt van. Zelf zag ik er winters uit, in mijn fluwelen broek, coltrui, met hoog dichtgeritste nappa. Toen ze een klein spijkerjack aantrok, wist ik dat wij niet bij elkaar zouden passen. En we hadden nog een hele avond te gaan.

De zachte regenval had onderweg naar de auto één kleine druppel op haar wang achtergelaten. Het leek net een traan, ik keek hoe hij glom in het dashboardlicht. Dat idee, van een traan, vond ik op de een of andere manier prettig. Misschien was er toch wel iets tussen ons. Als zij getroost moet worden; ik ben graag een schouder. Zij keek mij vragend aan, waarom ik niet wegreed. Ik kneep onbedoeld mijn lippen opeen, om geruststellend te glimlachen en vroeg haar luider dan bedoeld: “Heb je er zin in?”
“Ja,” ze ging een paar keer verzitten, opgewekt als ze was toen ik haar eerder die week leerde kennen. “Ik vind Chantal helemaal niets, maar heb gehoord dat de voorstelling, vooral de kostuums prachtig zijn.”
“Chantal?” vroeg ik haar, maar stil mijzelf: hoe zij zo goed kon weten wat mooie kostuums waren.
“Chantal Janszen, je weet wel, die wat had met Johnny.”
Ik knikte, vroeg maar niet wie Johnny was. Vast een andere ‘ster.’ Ik ging nooit naar musicals.

Het gesprek tijdens de rit besloeg de standaard aftastonderwerpen: werk, studie, ouders. Zij hield het op gang, vroeg en vertelde honderduit. Ik volstond met herkauwde, korte antwoorden en ‘en jij’s.’ Ze leek er géén erg in te hebben, waarbij het zich langzaam opdringende beeld van een het type dat het liefste zichzelf hoort praten, mij benauwde.
Opeens begon ze te schateren, maar ik wist niet waarom. Had ik iets grappigs gezegd?
“Je bent ook zo’n droogkloot, Harm” en ze legde een hand op mijn knie, die ik van schrik omlaag duwde waardoor wij kort achterover in de autostoelen gedrukt werden. Ik liet het gaspedaal weer vieren en mijn been drukte zich opnieuw tegen haar hand, die daar blijkbaar was blijven zweven.

Ik pakte het biljet uit haar handen, ze wapperde ermee voor mijn neus, in de drukke foyer van het theater. Ik schaamde me daar te veel blikken op gericht te krijgen, maar had er liever op gestaan het kaartje voor haar te betalen. We waren te laat, of eigenlijk precies op tijd, om nog wat voor te praten en gingen direct de zaal in. De show begon.

Ze was enthousiast, ik merkte het aan haar brede grijns, de manier waarop ze meedeinde met de liedjes, haar geschater af en toe. Waarom wist ik niet, ik bestudeerde alleen haar, keek niet naar de voorstelling. Er gebeurde iets leuks, ze hief haar handen, joelde en liet ze weer zakken, één ervan terug op mijn been. Het voelde prettig en als vanzelf sloeg ik mijn arm om haar heen. Ze keek opzij, glimlachte naar me en nestelde haar hoofd tegen mijn schouder. Ze gebruikte dezelfde shampoo als mijn ex-vriendin.

“Was leuk, nietwaar?” ze knoopte haar spijkerjack dicht, terwijl ik bij het aantrekken van mijn jas bijna een naar buiten komende bezoeker in zijn gezicht sloeg.
“Ja, erg leuk zelfs. Zullen we no…”
“Ik vond alleen dat ze die vader wel wat beter hadden kunnen neerzetten, hij…”
Ik deed mee, “ja, die acteerde inderdaad het minste… eh, hij acteerde slecht ja.”
Ze haakte haar arm in de mijne en zei nog eens hoe gezellig ze het vond. Ik wist niet waarom ze dat concludeerde, maar ik zei dat ik er hetzelfde over dacht.
“Heb je zin om nog een drankje te doen?”
Tijdens een nepgaap vertelde ze me dat ze wel erg moe was, dat ze het prettiger vond om bij haar nog een kop koffie te drinken.
“Prima,” antwoordde ik, hopend dat ze ook iets met alcohol in huis zou hebben. In ieder geval, dat ze niet zo moe was als ze zei.

Ik kreeg een pilsje. Zelf nam ze wijn, waar ik géén opmerking over maakte.
“Er moet nog best wat gebeuren hoor,” zei ze ter verontschuldiging, wijl ze met een armzwaai de huiskamer aanduidde, maar ze klonk alsof ze dat al een jaar riep.
“Is toch best aardig al?” ik nam een slokje.
“Weet je,” ze zette haar glas op de salontafel en leunde terug, haar lichaam tegen het mijne, “jij lult tenminste niet zo.”
Ik antwoordde niet, zette het glas weer tegen mijn lippen.
“Je luistert tenminste en hebt het niet de hele tijd over jezelf, of over wat je allemaal wel niet doet en zo.”
Nu zette ook ik mijn glas op tafel. Dit was het moment, wist ik. Zij bleef die tel geduldig, half gedraaid op de bank zitten, haar elleboog op de rugleuning, haar kin op haar handpalm.
Ik keek haar even aan, boog naar voren en kuste haar. We veinsden beide de aanvankelijke voorzichtigheid bij de eerste aanraking, het langzaam vinden en zaten naar het hoort niet veel later heftig te zoenen. Ze trok haar hoofd naar achteren en hapte naar adem, “dat doe je goed.”
Ik ritste mijn gulp open en knikte naar mijn kruis, “kom, pijp me.”




De voorstelling 2 -  Zilverfeetje


Toen ik de voordeur opende omdat Harm me op kwam halen, viel het me op dat hij met zijn coltrui en corduroy broek behoorlijk winters gekleed was voor een avondje theater; kouwelijk typje, glimlachte ik in mezelf, misschien heeft hij wel wat lichaamswarmte nodig.

 

Zelf had ik gekozen voor mijn “little black dress”, de must-have voor iedere vrouw, als je de bladen moet geloven. Nadat ik het eerste paar panty’s bij het aantrekken om zeep hielp, bleek ook nog een van de hakken van mijn zwarte pumps los te zitten; zeer tegen mijn zin besloot ik de zilveren pumps maar te nemen. Een broek leek me voor vandaag een slechte keuze.

 

Terwijl ik hem aan de deur begroette, bekroop mij het ongemakkelijke idee dat hij iets anders verwacht had, maar toen ik hem vroeg of er iets was, ontkende hij dat. Niet erg overtuigend echter. Tja, ik had hem aan de telefoon nog gevraagd of hij een kledingvoorkeur had, maar hij zei dat het hem allemaal niet uitmaakte. Nou, had dan wat gezegd! Wat ik écht van hem wilde, was iets waar geen kleren voor nodig zijn, maar ik stelde me zo voor dat het niet echt gewerkt zou hebben als ik tegen hem had gezegd:

“Weet je Harm, eigenlijk wil ik alleen maar neuken!”

Waarschijnlijk zou ik meteen als goedkope hoer afgeserveerd zijn geweest, hoe stoer het ook klonk toen ik het eerder vandaag aan de telefoon wat lacherig tegen Kim, mijn vriendin, zei. Hopelijk zou het zwarte jurkje wat subtielere signalen uitzenden.

 

Ik viste mijn jeansjasje van de kapstok en we liepen samen naar de auto. Het miezerde een beetje, en ik was blij dat we niet ver hoefden te lopen, mijn zorgvuldige gestylde haar en mijn door de mascara met zestig procent in volume toegenomen filmsterrenwimpers zouden anders voortijdig zwaar in de problemen zijn gekomen. Vooralsnog bleef de schade echter tot mijn opluchting tot een minimum beperkt.

 

Nadat we waren ingestapt, keek hij me even onderzoekend aan. Terwijl ik hem op mijn beurt aankeek met de onuitgesproken vraag waarom hij de auto niet startte, vroeg hij me:

“Heb je er zin in?”

Dat bevestigde ik en ik praatte nog wat door over de voorstelling en de aankleding daarvan en dat verwachtte dat het zeker de moeite waard zou zijn, ook al was ik niet zo’n fan van Chantal Janszen.  Ik kon me niet aan de indruk onttrekken dat hij niet zo’n musicalfan was, omdat de namen van de toch bekende sterren hem niet zoveel leken te zeggen.

 

Onderweg bespraken we de standaard onderwerpen en probeerden we elkaar een beetje beter te leren kennen. Of ja, eigenlijk deed hij zijn bek niet open, en als “gaatjesvuller” hield ik het gesprek daarom maar zo goed en kwaad als het kon op gang. Verder dan wat empatisch gehum en het terugkaatsen van het gesprek naar mij, kwam Harm eigenlijk niet. Ik werd er een beetje moedeloos van maar zoals Kim vanmorgen terecht zei, was het al eeuwen geleden dat ik met iemand op stap was geweest en ik was vastbesloten er een leuke avond van te maken. Wéér bedacht ik dat we in bed niet had hoeven praten, en schoot in de lach.

Hij keek me haast verschrikt aan dus ik legde mijn hand geruststellend op zijn knie en met de gedachte aan de lange avond die voor me lag, zei ik opgewekt: “Je bent ook zo’n droogkloot, Harm”.

De sukkel schrok zo, dat hij het gaspedaal indrukte en we bijna gelanceerd werden.

Toen hij zich herstelde, leek het me verstandig om mijn hand op zijn knie te laten liggen, zodat hij vast een beetje aan het idee van lichamelijk contact kon wennen.

 

Later in de foyer van het theater gaf ik hem geld voor mijn kaartje; ik was niet van plan op zijn zak te teren, sowieso niet als iemand het niet uitdrukkelijk en spontaan aanbood. We hadden vooraf nog iets willen drinken maar het was al laat en met een gevoel van opluchting aan mijn kant zochten we onze plaatsen in de zaal op. Ik had niet meer geweten waarover ik nog met hem, of beter gezegd tegen hem over had moeten praten.

 

Alhoewel ik iets meer dialoog had verwacht, besloot ik mijn avond niet te laten verpesten en ik keek met veel plezier naar de voorstelling. Het was aanstekelijke muziek dus het was niet moeilijk om meegesleept te worden in de vrolijke sfeer. Ondanks zijn zwijgzaamheid en het onbehaaglijke gevoel dat ik niet helemaal was, wat hij zich van me had voorgesteld, genoot ik van het gevoel met een leuke jongen op stap te zijn. En terwijl ik onwillekeurig mijn hand op zijn been legde, sloeg hij zijn arm rond mijn schouder. We keken elkaar aan, lachten en dit keer was het ongemakkelijke gevoel verdwenen. Alleen werd ik steeds onrustiger bij de gedachte aan het vervolg van de avond.

“Was leuk, nietwaar?” vroeg ik hem naar afloop terwijl we onze jassen aantrokken. Hij trok zijn leren jas met een grote zwaai aan en mepte een andere bezoeker nogal onelegant bijna zijn bril van zijn hoofd. Ik schaamde me een beetje en glimlachte even extra vriendelijk naar de man.

Terwijl we nog even napraatten, nam ik hem in de arm en verzekerde ik hem nog eens dat het echt gezellig was geweest. Ik hoopte dat hem dat zou overtuigen van de wens de gezelligheid nog even te laten voortduren.

Hij vroeg gelukkig: “Heb je zin om nog een drankje te doen?”
Ik stelde voor om bij mij thuis een kop koffie te drinken.
“Prima,” antwoordde hij, maar op zo neutrale toon dat ik geen idee had of hij enkel voor een kop koffie ter afsluiting kwam of dat er – zoals ik inmiddels ondanks mezelf vurig hoopte - meer in zat.

Eenmaal thuisgekomen nam hij een biertje. Zelf was ik inmiddels meer toe aan een groot glas wijn, dan aan koffie om mijn opkomende zenuwen een beetje de baas te worden.


Voor het geval hij mijn huis niet heel geweldig vond, zei ik voor de vorm dat er nog steeds vanalles moest gebeuren, maar dat daar nog geen tijd voor was geweest.

“Is toch best aardig al?” zei Harm op dezelfde droge toon die hij al de hele avond bezigde. Ik had hem liefst met iets voor zijn kop geslagen om te zien of er dan een ander geluid uitkwam. In de plaats daarvan vlijde ik mijn lichaam quasi onopvallend tegen hem aan, terwijl ik mijn glas terugzette.

Ik vertelde hem dat ik het waardeerde dat hij niet zoveel praatte; tegelijk had ik de neiging aan mijn neus te voelen om te controleren of die niet in een keer een halve meter langer werd.
 “Je luistert tenminste en hebt het niet de hele tijd over jezelf, of over wat je allemaal wel niet doet en zo,” dikte ik het nog wat aan.
Hij dronk nog een keer, zei niets maar zette zijn glas op tafel. Dit was het moment, wist ik. Terwijl de zenuwen door mijn keel en de vlinders door mijn buik raasden, bleef ik hem zo rustig mogelijk aankijken.
Toen hij naar me toe boog en me kuste, kwam ik al bijna klaar van louter spanning. Na een voorzichtig begin, zaten we even later hartstochtelijk te zoenen, en op een geschikt moment, maakte ik mij even van hem los om het een stapje verder te laten gaan. Terwijl ik halfhijgend tegen hem zei: “dat doe je goed,” hielp de lul me echter op de meest lompe manier ooit uit de droom toen hij zijn gulp openritste en enkel naar zijn kruis knikte met de woorden, “kom, pijp me.”

 

gedachten, die meer dan vluchtig wilden zijn ….